Het is Dutch Design Week. Oh nee, echt? Ga jij nou ook al over Dutch Design beginnen? Yep. Maar wel op zijn Grutjes.
Hey, er gebeuren best spannende dingen met design, en ook met designweek. Ik heb in het verleden al de meest fantastische geluidskunst gezien, nou ja, gehoord, nou ja, gemaakt, en echt bijzonder mooie ontwerpen, dingen, ideeën waar je over na moest denken, spullen en nog van alles. Ook dit jaar is er weer veel moois: Zo weet ik toevallig dat ze echt ontzettend goeie pizza’s bakken op Sectie C 🙂
Dus ik ga niet zeggen dat design altijd stom is. Maar… vaak wel: Zo sneuvelt er veel cultuur in de stad Eindhoven omdat er bijna alleen aandacht is voor design.
Terugluisteren van het hele programma kan steeds na een paar dagen op Mixcloud.
Alleen de column van Grutjes luisteren?
Of lees hem hieronder.
Kiki en Joost
Zo is er tijdens de Designweek bijvoorbeeld veel aandacht voor de spulletjes van Kiki en Joost. Volgens het Eindhovens Dagblad een must om te zien. Ik moet eerlijk zeggen dat ik een bijna-fatale aanval van dodelijke verveling krijg zodra ik die saaie shit van ze zie, maar hey, dat is een kwestie van smaak, en misschien heb ik die wel niet.
Ik geef je hier een paar voorbeelden.
Gouden klokje
Bijvoorbeeld een lelijke klok voor 840 euro – of 1235 euro als je hem in het rood wilt. 3.085,- als je er een gouden laagje overheen wil.
Krukje
Of deze totaal originele, goh, wat zou het eigenlijk zijn, ik heb echt nog nooit zoiets gezien… echt een Culturele Parel! Weet je wat, ik verzin er gewoon een woord voor. Ik noem het een “kruk”! Of laten we nog gekker doen, een “laag tafeltje”! Nog nooit vertoond! En die “kruk” is dan misschien maar 20 bij 45 cm, dus er echt op zitten kan je eigenlijk niet eens, maar toch slechts 170 euro, het is een cultureel koopje!
Weg met de grijze muizen. Geen optredens maar bijzettafeltjes, die laten onze cultuur pas bruisen.
Hoogtepunt
En Kiki kan het ook hoor! ZIE HIER DIT CULTURELE HOOGTEPUNT! Een grijzig bordje! Wauw! En er past een fucking theepot op! Niet bijgeleverd! En ze heeft het ontwerp eigenlijk gestolen van een Fair Trade bedrijfje uit Thailand, geeft ze in slecht gespeld Engels op haar eigen website toe. Maar dat bedrijf is makkelijk te vinden en noemt zichzelf helemaal niet fairtrade. Maar het staat wel goed hè, zo op je TOTAAL ORIGINELE CULTUURPAREL.
Wat ik echter belangrijker vind, is dat Kiki en Joost zichzelf sociale creatieven noemen, maar dat ze intussen proberen om Geert en Marleentje ontruimd te krijgen, zodat zij de grond over kunnen nemen.
Geert en Marleentje
Het designersduo Kiki en Joost wordt door de gemeente Eindhoven, vooral dankzij voormalig wethouder Schreurs, ingezet om Geert en Marleentje te ontruimen, en het Irisbuurtje vlak bij het centrum te gentrificeren. Pizza-Geert en Marleentje beheren daar nu nog Walhallala, een broedplaatsje met een open en sociale ontmoetingsruimte, waar letterlijk van alles door elkaar heen loopt. Geert zat altijd achter het festival Kabaal am Kanaal samen met zijn broer, ze hebben een pizzaoven annex ontmoetingsplek, instrumentenmuseum, danswerkplaats, oefenruimte en hadden plannen voor veel meer. Alles zonder subsidie en zonder sponsoring, op eigen kracht, zoals de overheid dat graag ziet.
Maar niet aangeharkt, en dat zal dan wel weer het probleem zijn voor ons eigen aangeharkte Duckstad.
En dus heeft de gemeente bedacht dat deze creatieve broedplaats ontruimd moet worden om… er een creatieve broedplaats te vestigen, namelijk van Kiki en Joost, die immers in enórme nood zitten nu ze slechts 6 verdiepingen in een Philipsgebouw hebben, en in de Kazerne zitten, en op het terrein van Plan B. Of sla ik nog iets over?
Uiteraard steunen directeuren Martijn Paulen (van Dutch Design Foundation) en Jos Feijen (van de Effenaar) het plan. De gemeente moest te vriend gehouden worden, en aan mensen met huurrecht, kleine podia, en (werkelijke) gemeenschapscentra zonder grote directeuren heeft men blijkbaar sowieso maar een broertje dood.
Smaak
Het designersduo Kiki en Joost, wat peperdure grijze massaproducten maakt, beweert dat ze geen gemeentelijke steun krijgen en puur naar een pand zoeken voor een marktconforme prijs. Maar als dat zo is, wat houdt ze dan tegen om iets op de markt te zoeken wat daadwerkelijk VRIJ is?
Ik vind dat dus echt bullshit. Dat Joost graag ontzettend lelijke vierkantige, letterlijk met goud beklede klokjes voor yuppen maakt moet hij zelf weten, en dat hij ze voor dik 3.000 euro per stuk te koop aanbiedt vind ik ook prima. Misschien heeft Trump interesse. Dat Kiki een tafelkleedje heeft laten maken met een fotootje van wat knoopjes erop gedrukt, en daar meer dan 400 euro voor vraagt, hey, ik vind het echt geen probleem. Bijpassende servetjes voor 105,-!
Maar waarom je daarvoor een muziekinstrumentenmuseum, danswerkplaats, workshops, muziekles, sociale pizzeria en open ontmoetingsruimte moet ontruimen, dat snap ik dus niet. En waarom de gemeente hen naar verluidt minder laat betalen voor de grond dan een ander snap ik evenmin.
Socialisten
Joost vindt het blijkbaar ook nog leuk om een trap na te geven. Hij en Kiki zijn op designweek te bewonderen in Alter Ego (of dat is tenminste hun bedoeling, dat je hen bewondert) in hun verschillende rollen. Die van Joost zijn, vindt hij, onder andere architect, designer, muzikant, sociale activist, pizza bakker.
Reuze lollig, eikel, om zo de échte muzikant en pizzabakker Geert niet alleen zijn huis uit te laten trappen, maar ook eerst nog even belachelijk te maken. Ik retourneer de gunst bij deze graag, maar dan zonder er iets voor te hoeven verzinnen.
Kiki gaat op Designweek intussen nog een, quote: “socialist” nadoen.
Ik word een beetje misselijk van dit soort culturele en ideologische appropriatie. Een megacommerciële kapitalist, die gouden klokken van 3.000 per stuk en lullige papieren lampjes voor 440,- verpatst, die laatste goedkoop laat produceren door gehandicapten, en stagiaires die helemaal gratis zijn, en die zichzelf dan socialist noemt… Maar in de wereld van design is fake blijkbaar beter dan echt.
Gentrificatie ten top
Creatieve sociale plekken worden vervangen door poenerige prestigeprojecten, die nauwelijks creatief en sociaal zijn, en die worden uiteindelijk vervangen door yuppenhokken. Je ziet de betrokkenen als het ware hun versleten boekje van Richard Florida nog snel even wegleggen voordat ze hun steun uitspreken.
Maar wanneer breekt het besef nou eindelijk eens door dat je van Eindhoven geen succesvolle creatieve stad kunt maken, als je de vruchtbare creatieve onderlaag als een minderwaardige vuilstort betitelt, die ondanks huurrecht maar even ontruimd moet worden? En hoe denk je de steun van de bevolking voor de overlast en massieve subsidies van Design Week en Effenaar te behouden, als je hier toont dat je schijt hebt aan haar bewoners en de creatieve onderlaag?
Goed voor de stad? Voor wiens stad?
Unieke individualiteit
Ik drop tussendoor even dit fotootje hier, okay?
#EverythingYouAreBelongsToUs #BrandmerkVoorKoopslaven
Wat is design?
Maar wat is dat nou eigenlijk, design, dat mensen er zoveel geld én subsidie voor over hebben?
Kunst is het niet. Als je zo’n tafelkleedje hebt gekocht heb je niks unieks in handen: het is kunstnijverheid, industriële productie. In andere, iets minder positieve bewoordingen: commerciële meuk. Er is geen hond die naar kunstnijverheid gaat kijken, maar sinds ze het design noemen kom je als rechtgeaarde geïmporteerde Eindhovenaar de straten nauwelijks meer door. Haast elke lullige kroeg of winkel heeft een bordje met Dutch Design op de gevel, en daar betalen die middenstanders zich overigens helemaal blauw voor, want denk maar niet dat de organisatie van de week je toestaat om gratis reclame voor ze te maken, je moet er fors voor betalen. Hele kuddes kooplustig volk bestormen dan vervolgens die kroegjes en restaurants en winkeltjes, en hoewel er over het algemeen niks te vinden is komen ze het jaar daarop toch weer terug, want niks is blijkbaar ongelofelijk hip tegenwoordig, vooral als het van plastic is.
Ide-ahemlisme
Nou bestaat er ook sociale betrokkenheid onder ontwerpers. Dat is soms heel oprecht. Vorig jaar kon je nog biefstuk eten van borden gemaakt van koeiebloed, überhip man, maar dit jaar is er aandacht voor de plastic soep waar we in verzuipen.
Mooi natuurlijk.
Toch ga ik me wel afvragen waar we nou eigenlijk helemaal mee bezig zijn. Kuddes yuppen en wannabe-yuppen die zich helemaal scheel kopen aan spulletjes, alleen maar omdat die nu hip en happening zijn, en dan samen met zijn allen iets doen aan het milieu… want iemand moet het doen. Het is zelfs de leuze van dit jaar: “If not us, then who?”
Hey, supergoede leuze, maar what about dat je dan dus effe dimt met je kooplust, en gewoon je ouwe zooi gebruikt tot die kapot is, en dan kijkt of je die kunt repareren, in plaats van je hoofd gek te laten maken met dingen die in de mode zijn? Denk je nou echt dat je gelukkiger bent als mens, als je een stalen krukje hebt van Dinges, of een gammel kastje van nepsloophout van Piet Hein Zeek?
We gaan de wegwerpmaatschappij echt niet oplossen door mensen en masse al hun spullen te laten weggooien en te laten vervangen door nieuwe troep, die dan misschien deels van hergebruikte materialen is gemaakt.
Of zoals George Monbiot zegt: “We won’t save the Earth with a better kind of disposable coffee cup.”
Social Design
Nou bestaat een deel van het design uit spulletjes die bezoekers kunnen kopen, of ontwerpen die bedoeld zijn voor industriële massaproductie (u weet wel, waar we het milieu al sinds de uitvinding van de stoommachine mee proberen te verbeteren). Maar er is ook een ander soort design: social design.
En daar heb je eigenlijk weer twee soorten van: de ene soort van social design bestaat uit een ideetje of een product waar ergens wel iets een beetje sociaal aan is. Soms is dat echt tof, meestal is het gebakken lucht: je maakt een paar gordijnen van plastic afval in plaats van stof, vraagt er tweehonderd euro de vierkante meter voor, maar hey, het is sociaal en goed voor het milieu, dus niet zeuren over de prijs want we hebben het hier niet op je negativiteit. Of beter nog, je laat het als dwangarbeid door gedetineerden doen. Dat doet de Hema al jaren, vroeger al met diaraampjes en wasknijpers, super geestdodend werk waarvoor gedetineerden letterlijk 76 cent per uur krijgen, en waar je als fabrikant compleet op binnenloopt met die bizar lage loonkosten. Maar als je een designer bent, zeg je dat het is om ze voor te bereiden op herintegratie als ze straks weer los komen, en hey, ben jij effe een social designer jonguh!
Behavioural Design
Het andere soort social design is behavioural design.
Wat lastig is bij dat vakgebied, is dat er eigenlijk geen goede definitie van bestaat. Dus laat ik die gewoon eens geven, hier en nu:
Social behavioural design betekent dat je mensen laat doen wat je wilt, zonder dat ze het zelf in de gaten hebben.
Kijk, vroeger had je gewoon een dictator, met een hoop soldaten met machinegeweren, en als je dan niet deed wat ze zeiden, dan schoten ze je pief poef dood. Maar met social design hoeft dat dus niet meer! Met allerlei nudges en slimme oplossingen in de slimme stad, dwingen we je nog steeds om te doen wat we willen, alleen heb je het zelf niet meer in de gaten dat je gehoorzaamt.
Mooi he? Scheelt enorm veel kogels, die toch best kostbaar en vervuilend zijn, en bovendien komen mensen die zelf niet merken dat ze gehoorzamen, ook niet in opstand. Win-win, voor ons dan!
Scheren over één kam with a sharp razor
Hey, ik geef toe, dit is geen genuanceerd Grutje maar een radioGrutje, ik scheer hier wel veel over één kam. Een hele ouwe kam in mijn geval, een kammetje wat het nog steeds prima doet omdat ik schijt aan mode heb. Toch zijn er wel een paar dingen die je heel vaak rond design tegenkomt:
- De eerste daarvan is geloof in technische oplossingen.
- Het tweede ding is een krampachtig positieve houding, ook als die nergens meer op slaat.
- Het derde is géén geloof in de maakbare samenleving, maar wél in het maakbare individu. Jij moet maar veranderen, want dan hoeft de samenleving lekker niks te doen.
Naiviteit
Als je de goede woorden gebruikt, dan klinkt bijna alles als een goed idee.
Neem dit “uniek project: een tiny house huren voor vrijwilligerswerk“. Ik zie dat mensen het delen als een geweldig social designproject voor “uitverkorenen“. Groener, eerlijker en leuker!
Maar wat behelst het project nu eigenlijk?
Een lieve kennis schrijft: “Uniek vrijwilligersproject op de Binckhorst in Rosmalen waar drie tiny houses worden verhuurd in ruil voor vrijwilligerswerk. De bewoners van de huisjes van 39 m2 – die overigens gewoon huur betalen – mogen op dit prachtige terrein wonen mits zij zich vrijwillig inzetten voor de 250 mensen met een beperking die op de Binckhorst wonen.”
Maar je kunt het ook heel anders zien: De maximale wettelijke huur voor een kamer van 39 m2 is 412 euro. Deze huisjes, even groot, kosten 650 euro kaal. En dan moet je ook nog gratis arbeid verrichten, die dan ‘vrijwilligerswerk’ wordt genoemd?
Dit is gewoon ondermijning van het huurrecht en uitbuiting. Fake sociaal.
Ik begrijp heel goed dat zorginstellingen iets moeten, nu ze kapot bezuinigd zijn in ons land, wat overigens het op vijf na rijkste land ter wereld is. Dat is nog geen excuus voor dit. De Binckhorst vertoont hier eigenlijk hetzelfde neoliberale gedrag als het kabinet wat hen te grazen heeft genomen: ze wentelen de shit af op mensen onder hen. Ik vermoed tenminste zomaar even dat de directie van de Binckhorst niet anderhalf keer de normale prijs moet betalen om hun werk verplicht onbetaald te doen.
Het is bepaald niet uniek dat ‘social design’ wordt gebruikt om de gaten op te vullen die zijn gevallen omdat alles wat sociaal was, is wegbezuinigd. Maar al te vaak is het een onmisbaar onderdeel van privatisering, de uitverkoop van solidariteit en het leegslurpen van de publieke sector.
Buzzwords
Vooral ambtenaren worden overal gek gemaakt met de newspeak van social design. Stel je open, go with the flow, laat je inspireren – nee, nu geen kritiek graag, dat is ouderwets denken. Het werkt in veel gemeentes wel. De ene kuloplossing na de andere wordt omarmd, elk jaar weer iets anders, terwijl er maar al te vaak al vele decennia maatschappelijk en sociaal werk bestaat dat al die dingen al lang doet. Maar ja, die kunnen nu even gaan bezuinigen, want social design klinkt veel hipper, en is niet zelden trouwens ook veel duurder.
Als iemand iets ontwerpt wat mooi of nuttig is, is dat best leuk. Maar al die nudges, spullen en technieken richten zich uiteindelijk op individuen, in plaats van op de samenleving als geheel. Dat maakt ze tot een gereedschap van neoliberalisme, waarmee we in principe eerder verder van huis raken.
Vervuiler bepaalt
Het hoogtepunt van Dutch Design Week is dit jaar wat mij betreft toch wel de provincie Brabant. Op het Ketelhuisplein kun je bij hen stemmen over een stelling. Die was eerder deze week: “De luchthaven van Eindhoven moet groeien.”
Vóór de stelling staan twee prullenbakken. Boven de één staat: “eens”, de ander “oneens”. Wie de meeste kilo afval dumpt, krijgt gelijk.
Niet de vervuiler betaalt, maar de grootste vervuiler bepaalt… Innovatief man!
Maar wat als we nou eens de mensen die het minste afval veroorzaken laten winnen, Provincie Brabant? Je hebt die rotluchthaven al laten groeien van 18 naar 43.000 vluchten per jaar, terwijl duizenden mensen hier jaarlijks letterlijk stikken in de slechtste lucht van het land.
43.000 vluchten, dat zijn 43.000 x 1 miljoen vrachtwagens aan ultrafijnstof. Elk jaar opnieuw. En nu wil je groeien? En mogen de mensen die het meeste afval produceren daar ja / nee tegen zeggen, haha, ludieke innovatie die je ‘serieus wil nemen’ volgens de aanwezige medewerker?
Je zou haast denken dat het cynisch is bedoeld door de provincie, maar nee, ze hopen zo meer mensen aan het stemmen te krijgen bij de komende verkiezingen. Door ze hun stem in een prullenbak te laten mieteren...
Binnen in de stand van de provincie staan stemhokjes, waar je als burger kunt kiezen wat de komende periode het belangrijkste onderwerp voor de provincie moet zijn. Je kunt kiezen uit een stuk of vijf zaken. De minst erge daarvan is “innovatie in privacy’.
Ik wil je vragen om daar eens over na te denken. Misschien bedenk je meer dan ik. Ik kan me in de afgelopen decennia niet bepaald veel innovaties bedenken die goed waren voor je privacy. Misschien heb ik te weinig fantasie, maar als dit ergens naar klinkt is het wel:
Innovatie tégen privacy.
Ik zeg al, de rest was nog erger.
Positief denken
Er is een tijdje gedacht dat positief denken goed voor je is. Dat blijkt psychologisch alvast niet zo te zijn: mensen die erg hun best doen om altijd positief te denken gaan zich zelfs schuldig voelen, omdat ze desondanks net als ieder ander af en toe problemen hebben, en het inherent onmogelijk is om je dag en nacht gelukkig te voelen (je kan een gevoel van geluk immers niet eens herkennen als je je niet ook soms anders voelt). Positivo’s blijken mensen te zijn die ongelukkiger zijn dan anderen, omdat ze zich net als ieder ander wel eens rot voelen, maar zich vanwege dat gevoel ook nog eens mislukt voelen als mens. Hoe harder je continu positief probeert te denken, hoe lager je zelfbeeld uiteindelijk wordt.
Dat wil natuurlijk niet zeggen dat je nu per sé zo’n doemdenker als Grutjes moet worden. 😉 Ook als je altijd het slechtste verwacht, wordt je daar niet erg gelukkig van. Je goed voelen blijkt echter überhaupt niet zoveel met geluk te maken te hebben, wat ieder mens immers maar heel af en toe ervaart, waarna het gevoel snel weer weg zakt. Het is veel belangrijker dat je het gevoel hebt dat je leven zinvol is.
Dit is zeg maar best wel een fokking belangrijke aanwijzing voor wat we niet alleen met ons eigen persoonlijke leven, maar ook voor wat we met de hele maatschappij aan moeten.
Tevredenheid is slecht voor de economie
Ons economisch systeem baseert zich nu op hebberigheid, en op zoveel mogelijk kopen en consumeren in de hoop dat je je met die nieuwe iPhone weer heel even gelukkig kan voelen (voor je weer aan je rottige en vaak zinloze werk moet om hem te kunnen betalen). Tevredenheid is letterlijk slecht voor de economie: het gaat ons om het najagen van dat vluchtige geluk.
Maar daar heb je dus niks aan. Het is weg op het moment dat je het aanraakt. Je spaart misschien wel maanden of jaren voor dat ene hebbeding. Maar als je het dan eindelijk hebt kunnen kopen, duurt het meestal hooguit een paar dagen en dan vind je het al normaal, en voel je je net zo als voordat je dat ding kocht.
Terwijl jezelf ontwikkelen, een diepe verbondenheid voelen met mensen, en het gevoel hebben dat wat je doet werkelijk zinvol is – niet alleen voor jou, maar ook voor anderen – daarvan ga je je ook op lange termijn goed voelen.
Richting voor een radicaal andere economie
De kunst is dus om een economisch systeem te ontwerpen wat daar gebruik van maakt: wat je niet stimuleert om zut te kopen, maar wat je de kans geeft om je in vrijheid te verbinden met mensen, wat je de kans geeft om jezelf te realiseren, en wat je ingebakken wens om iets zinvols te doen vervult.
Kapitalisme is een misrekening
We hebben onze samenleving nu zo ingericht dat je in de meeste gevallen gestraft wordt als je werkelijk iets bijdraagt aan de samenleving, zonder persoonlijk winstoogmerk.
We dachten dat als we beloning loskoppelden van zin, dat dat dan goed was. Want we dachten dat als mensen geld voor iets over hebben, dat het dan automatisch goed is: hoe meer geld mensen er voor betalen, hoe beter het moet zijn.
Maar dat blijkt niet waar te zijn. De meeste miljonairs doen helemaal niks, behalve speculeren waarop er nu een tekort zal gaan komen. Veel slecht betaalde beroepen, zoals vuilnisman, leveren enorm veel waarde aan de gemeenschap, terwijl degene die mens en milieu het meest geraffineerd uit weet te buiten, en spullen weet te verkopen die snel weer kapot gaan zodat je ze weggooit en nieuwe gaat kopen, rijk wordt.
Onze dichters, de meeste muzikanten en kunstenaars krijgen helemaal niet betaald, volwassenen die liever spelen dan werken worden niet voor vol aangezien, en werklozen die vrijwilligerswerk doen, krijgen daar vaak strafkortingen voor.
Eindig verhaal
We weten allemaal dat de wereld simpelweg naar de tering gaat. Alleen al door klimaatopwarming, bewijst de wetenschap, gaat in dit tempo binnen 20 jaar letterlijk ‘genocide‘ ontstaan. Niks ‘na mij de zondvloed’, nog binnen ons leven gaan enorme mensenmassa’s de dood vinden vanwege het milieu.
Design geeft daar eigenlijk geen antwoord op, maar doet wel net alsof. Het antwoord van design is in de eerste plaats technisch. Een iets milieuvriendelijker manier van produceren, of een sociale werkplaats die het werk voor haast niks mag doen. Maar dat ontneemt je het zicht op wat we écht moeten doen. We kunnen niet in een kapitalistische economie leven die alsmaar moet blijven groeien, en tegelijkertijd de klimaatopwarming stoppen. Technische oplossingen zijn per definitie niet voldoende, omdat je simpelweg niet kunt blijven groeien omdat de aarde nu al bijna op is.
Waanzin is: steeds hetzelfde doen maar hopen op een ander resultaat
Wat we nodig hebben, is een systeem wat niet kapitalistisch is, en wat níet hoeft te groeien. Een systeem waarin we dingen goed verdelen zodat iedereen genoeg heeft, en waar we leren met die spullen tevreden te zijn in plaats van steeds meer en meer en meer zooi te willen. Een systeem wat niet hoeft te groeien om failliet te gaan, wat niet op hebberigheid is gebaseerd, en waar je vrij en gelijk bent aan ieder ander.
Je hebt het dan over een revolutie. Maar revolutie is nu juist datgene wat design tegengaat, ondanks al het gelul over innovatie. Design gaat dat tegen:
- door mensen te nudgen in plaats van ze bewust te maken,
- door mensen nog meer spullen door hun strot te douwen,
- door ongelofelijk veel ouwe wijn in nieuwe zakken te verkopen,
- door de indruk te wekken dat we grote maatschappelijke- en milieuproblemen met een technisch of sociaal slimmigheidje kunnen verhelpen, en we dus niks aan de basis van ons systeem hoeven te doen,
- en door op hoge toon te eisen dat iedereen overal positief op reageert, in plaats van gewoon eens te zeggen: dit is kut, moeten we niet meer doen.
En toch moeten we dat echt eens zeggen: Nee tegen neoliberalisme, tegen een economisch systeem wat op groei is gebaseerd, en tegen poen en status die alles wat menselijk, vriendelijk en natuurlijk is dreigt te vervangen met verveling.
Waanzin is: voor innovatie zijn maar niet willen veranderen
Kom naar Dutch Design Week
Nou ga ik je toch uitnodigen om de Dutch Design Week te bezoeken. En wel op aanstaande zaterdag 27-10-2018, 12 uur, het Ketelhuisplein. Want weet je nog, dat we het twee weken geleden op Radio Grutjes nog over de bizar heftige woningnood onder internationale studenten hadden? Waarvan een groot deel op de Design Academy zit? Ze organiseren een protest.
De gemeente, citymarketing, Design Academy en de universiteit halen hen wel naar hier met mooie praatjes, maar in gelul kun je niet wonen. Zodra ze hun collegegeld hebben betaald staan ze letterlijk op straat.
De eis van het protest is simpel: Als je iemand hierheen haalt, moet je ook voor woonruimte zorgen. Dat hoort bij de ware kosten van design.
Kom We Want Woonruimte ondersteunen in die eis: aanstaande zaterdag van 12 tot 17:00 uur, op het Ketelhuisplein in Eindhoven. (programma)
If not us, then who?
Credits.
Tekst: Grutjes.
Foto header: Timo, gebruikt met vriendelijke toestemming. “Bureau Spielerei, de ontwerper van het DDW logo: ‘The logo is inspired by the tulip, an internationally known Dutch aesthetic icon, referring to the Dutch Golden Age’.
Maar je kan natuurlijk ook kiezen voor: Het logo is geïnspireerd door een limonadeglas uit, wat zou het zijn, de jaren 70 van de 20e eeuw.”
Foto plastic letters: Panenca Photography, gebruikt met vriendelijke toestemming.
Zon: Wild0ne, Pixabay.
toppie en eerlijk geschreven.
super goed!